HC Rotterdam, Home of Hockey, voorjaar 2023

13 HC ROTTERDAM MagazinE De jonge Pepijn van der Heijden is één van die jeugdspelers die de overstap maakte naar Heren-1. Hij kan nog goed vertellen hoe het is om die stap te maken. “Je krijgt als A’tje vaak de ruimte op het moment dat de internationals afwezig zijn voor een toernooi. Dan mag je jezelf een keer in het veld te laten zien. Vanuit daar wordt het rustig opgebouwd, door met de staf in gesprek te gaan: waar ben je goed in? wat kan er beter? hoe zien zij dit voor zich? Dus ik denk dat je best wel goed begeleid wordt,” legt Pepijn uit. Het integreren in zo’n Hoofdklasseteam gaat volgens hem zeker niet vanzelf: “De stap van jeugd naar heren is sowieso echt niet makkelijk. Bij mij is dat best wel geleidelijk verlopen, ik werd heel erg goed opgevangen. Je merkt binnen dit team heel erg dat er ruimte is om als nieuweling erbij te komen, of je nou jong of oud bent. Er wordt wel veel van je gevraagd qua inzet, maar als je vanuit de jeugd komt ben je altijd wel bereid om hard te werken en veel te leren. Het is tenslotte iets waar je altijd van gedroomd hebt.” HART VOOR DE CLUB Het team wordt dus steeds een beetje meer écht Rotterdams; een groot deel van de selectie kent al een lange historie bij de club. Dat blijkt ook wanneer je hen vraagt wat de mooiste herinnering op HC Rotterdam is. Jeroen steekt lachend van wal: “Ik vond de A1 echt een geweldige tijd. Wat daar in de kleedkamer plaatsvond was altijd belangrijker dan wat er op het veld gebeurde. Wij namen bij een wedstrijd altijd zeep mee voor onder de douche. En bij HCR is de openbare kleedkamer natuurlijk heel lang, dus dan deden we zeep op de vloer van de douche en dan namen we een aanloop, en dan gleden we op onze billen over de hele lengte van de kleedkamer heen.” Thijs vult maar al te graag aan. “Ik heb nog iets normaals,” zegt hij grappend als reactie op Jeroen. “Toen ik als kleine jongen bij Ring Pass hockeyde, reed ik altijd naar Rotterdam toe om naar de grote toernooien te kijken, omdat ik het altijd zo gaaf vond om in dat volle stadion de beste teams te zien hockeyen. Dus voor mij was de allereerste keer dat ik zelf in een helemaal uitverkocht Rotterdam-stadion speelde de EHL. Dat was het eerste moment waarop ik echt dacht: ‘wow, nu speel ik er zelf.’ Toen wonnen we volgens mij zelfs met dubbele cijfers van Uhlenhorst, later wonnen we ook nog van Mannheim… toen voelde ik wat ik ook voelde als dat jongetje van 10 jaar.” VOORUITKIJKEN Heren-1 deed voor de winterstop goede zaken, maar de strijd is nog zeker niet gestreden. Zij stuiten in de eerste wedstrijd van de tweede seizoenshelft direct op Bloemendaal en Pinoké, die de tweede en derde plaats bezetten. Met een maand tijd om voor te bereiden, is er dus werk aan de winkel. “De grootste uitdaging is om zo snel mogelijk weer in die focus en modus te komen. Want we eindigden natuurlijk best heel sterk, dus dat moeten we nu gelijk weer oppakken,” zegt Jeroen. Hoewel het play-off ticket binnen handbereik ligt, houdt het team het hoofd goed koel: “Ik heb zelf eigenlijk niet heel veel last van druk van buitenaf. Naast de druk die je sowieso altijd al ervaart van Hoofdklasse spelen, denk ik niet dat er heel veel extra druk ligt voor de positie van de ranglijst.” vertelt Pepijn.

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=